Kofi, een donkergekleurde jongen uit een Afrikaans ogend land, wil de zee schilderen. Maar die is zo groot; hij weet niet waar te beginnen. Op zoek naar het begin van de zee vaart hij uit in zijn vaders boot, maar hij vindt niet wat hij zoekt. Andere mensen gaan mee op zoek, maar ook zij vinden het antwoord niet, tot de botenbouwer met de oplossing komt. Het begin van de zee komt uit de lucht: het is de regen. Het mooie stapel- en cirkelverhaal in dit prentenboek is eindeloos te lezen. Het brengt de lezer aan het eind bij het begin van de zee; het begin van het boek is het einde van de zee. De paginagrote platen in aquarel en inkt vullen de korte teksten sfeervol en met leuke details aan. Uiteraard is er in de platen veel helder blauw gebruikt. Op het schutblad voorin staan schilderijen met zeegezichten, achterin schilderijen met donkere wolken. Het heldere, diepblauwe omslag toont een tekening van Kofi die met dolfijnen duikt, die in het binnenwerk de crèmekleur van de pagina heeft. Resultaat: een prachtig (voor)lees- én kijkboek vol ontzag voor de zee voor kinderen vanaf ca. 4 jaar. Zilveren Griffel 2003.